De Vermaning
Appelscha
Mennonieten of Mennisten zijn de volgelingen van Menno Simons (1496–1561), die naast Luther, Calvijn en Zwingli (1525, CH) de enige Nederlandse kerkhervormer is. Menno Simons uit Witmarsum (Frl) was na 1536 vooral actief in Friesland, Gronin...
Hier schon mal ein Vorgeschmack
Mennonieten of Mennisten zijn de volgelingen van Menno Simons (1496–1561), die naast Luther, Calvijn en Zwingli (1525, CH) de enige Nederlandse kerkhervormer is. Menno Simons uit Witmarsum (Frl) was na 1536 vooral actief in Friesland, Groningen en Noord-Duitsland en werd de centrale figuur van de beweging ‘wederdopers’.
Wederdopers willen, in plaats van kinderen te dopen zoals dat bij de meeste christelijke kerken gebruikelijk is, de (volwassenen)doop op vrijwillige basis en wijzen bovendien het dragen van wapens af.
Doopsgezinden in Appelscha
De vervening in de eerste helft van de 19e eeuw bracht nieuwe inwoners naar Appelscha. Vanuit de wijde omgeving kwamen arbeidskrachten op het werk af, waaronder doopsgezinde gezinnen uit Opsterlandse dreven. De verveners F. van den Bosch, H.G. Stoker en W.A. van der Sluis en de huisarts J. Wouters waren daarvan ooit de “hoogst-aangeslagenen”: zij betaalden de meeste kerkbelasting.
Vermaning aan de Boslaan
De Doopsgezinden werden, net als bijvoorbeeld de Joden en de Katholieken, ‘gedoogd’. Ze waren er wel, maar ze mochten hun geloof niet zichtbaar uitoefenen. Deze schuilkerken zijn daarom een eind van de rooilijn van een straat of weg af gebouwd.
Dat veel Mennisten in deze tijd sterk gericht waren op een zuiver leven, blijkt uit de benaming die zij daarom hun kerkgebouwen gaven: “Vermaning”.
Al voor 1867 werkte een commissie aan de vorming van een doopsgezinde gemeente met een eigen kerkgebouw. Met instemming van de Friese Doopsgezinde Sociëteit en met financiële hulp van de Algemene Doopsgezinde Sociëteit werd grond aangekocht van de Heeren Compagnons aan de wat achteraf gelegen Boslaan. Toen nog een slecht zandpad, dat van de Vaart liep naar de Drentseweg. De Vermaning werd op 7 november 1867 in gebruik genomen.
Na 1880 nam de bloei van de vervening aanzienlijk af. Veel verveners vertrokken uit Appelscha. Daaronder ook Doopsgezinden. De teruggang verliep zo drastisch dat in 1888 de vermaning in onbruik raakte. Het begin van het einde werd ingeluid. Op 4 april 1919 werden kerk en pastorie geveild in het Compagnonshotel. De kerk werd enkele jaren later afgebroken. De pastorie heeft nog enige jaren gediend als ontmoetingscentrum onder de naam ‘Totempaal’.