Leeuwarden-Dokkum | Liberation route: Etappe 6
Am 14. April gegen 19.00 Uhr wurden die Dörfer Akkerwoude und Murmerwoude (inzwischen zu Damwâld zusammengelegt) von den Royal Canadian Dragoons befreit. Es waren keine Kämpfe erforderlich. Der Feind ließ sich in diesem Gebiet kaum blicken.
Überglückliche Einwohner fielen den Kanadiern um den Hals. Die Erleichterung war groß. Die Dragoons mussten jedoch schnell weiter nach Dokkum ziehen.
Dass die Gefahr noch nicht vorüber war, zeigte sich am nächsten Tag. Wie in anderen Teilen Frieslands waren auch hier Gruppen deutscher Soldaten und ihrer niederländischen Komplizen unterwegs. Einige versuchten zu fliehen oder sogar zu kämpfen. Andere planten, sich zu ergeben, sobald sie auf alliierte Truppen stießen.
Der NBS hatte im Kirchturm von …
Am 14. April gegen 19.00 Uhr wurden die Dörfer Akkerwoude und Murmerwoude (inzwischen zu Damwâld zusammengelegt) von den Royal Canadian Dragoons befreit. Es waren keine Kämpfe erforderlich. Der Feind ließ sich in diesem Gebiet kaum blicken.
Überglückliche Einwohner fielen den Kanadiern um den Hals. Die Erleichterung war groß. Die Dragoons mussten jedoch schnell weiter nach Dokkum ziehen.
Dass die Gefahr noch nicht vorüber war, zeigte sich am nächsten Tag. Wie in anderen Teilen Frieslands waren auch hier Gruppen deutscher Soldaten und ihrer niederländischen Komplizen unterwegs. Einige versuchten zu fliehen oder sogar zu kämpfen. Andere planten, sich zu ergeben, sobald sie auf alliierte Truppen stießen.
Der NBS hatte im Kirchturm von Murmerwoude einen Beobachtungsposten eingerichtet. Am Nachmittag näherte sich eine Gruppe deutscher Soldaten und niederländischer Kollaborateure über die Achterwei von Rinsumageest aus. Die Widerstandskämpfer beschlossen, von der Kirche aus das Feuer auf die Gruppe zu eröffnen. Auf einem Pferdewagen schien Munition geladen zu sein, denn er flog mit einem gewaltigen Knall in die Luft.
Vier deutsche Soldaten waren sofort tot, ein fünfter wurde schwer verwundet. Geert Gerding (51), ein Zivilist aus Peelo, wurde ebenfalls getötet. Er ging neben dem Wagen und war gezwungen worden, seinen Wagen zum Transport von Munition für die Soldaten zur Verfügung zu stellen.
In dem darauffolgenden Chaos floh der größte Teil der Gruppe in Richtung Dokkum. Zwei Deutsche und der niederländische NSKK-Mann (paramilitärische und bewaffnete Versorgungseinheit) Arie Notenboom, der der Gruppe vorausgeradelt war, konnten nicht entkommen. Inzwischen waren auch die Dragoons alarmiert worden. Nachdem sie aus ihren Fahrzeugen das Feuer eröffnet hatten, ergab sich einer der Deutschen. Notenboom und dem anderen Deutschen gelang es, auf ihren Fahrrädern wieder zu entkommen.
Harmen Brouwer (23) und Jan Kaper (23), beide Mitglieder der NBS, versuchten, die Männer zum Anhalten zu zwingen. Diese eröffneten jedoch sofort das Feuer und töteten Brouwer und Kaper. Notenboom und sein deutscher Begleiter versteckten sich schließlich auf einem Bauernhof der Familie Keulen zwischen Rinsumageast und Âldstjerk.
Die NBS erfuhr bald von ihrem Aufenthaltsort und nahm die Hilfe der Dragoons in Anspruch. Nachdem der Hof umstellt war, kam Notenboom heraus. Während Notenboom entwaffnet wurde, warf entweder er oder der Deutsche eine Handgranate auf die NBS-Männer. Dabei wurde Bauke Lyklema (28) schwer verletzt. Er starb am folgenden Tag.
Notenboom wurde unmittelbar nach dem Vorfall getötet. Der Deutsche versteckte sich weiterhin in dem Bauernhaus. Daraufhin gingen die Dragoons kein Risiko mehr ein und schossen das Bauernhaus in Brand. Dabei wurde auch der deutsche Soldat getötet.
Harm Brouwer war ein Marinesoldat und in De Westereen als Milchmann bekannt. In De Westereen wurde eine Straße nach ihm benannt. Jan Kaper war ein Marechaussee in Amsterdam gewesen. In dieser Funktion musste er gegen seinen Willen jüdische Bürger verhaften. Schließlich tauchte er in Akkerwoude unter und schloss sich dort dem Widerstand an.
Bauke Lyklema war Stadtreiniger in Drachten. Zum Gedenken an seinen Tod hängt im Rathaus eine Plaquette mit seinem Namen.
Liberation Route Europe ist eine transnationale Gedenkstätte. Eine Route, die Gedenkstätten und Geschichten aus ganz Europa verbindet. Weitere Informationen finden Sie unter www.liberationroute.com
Das wirst du sehen
Startpunkt:
Wegpunkte wandern 10
Leeuwarden
Navigiere zum Startpunkt
Wegpunkte wandern 10
Leeuwarden
Navigiere zum Startpunkt
Fries Verzetsmuseum
Persoonlijke verhalen en natuurlijk alles over de overval op de Leeuwarder gevangenis, vind je in het Fries Verzetsmuseum. Bij de overval werden 51 verzetsstrijders bevrijd zonder een schot te lossen.
De bevrijding van Leeuwarden
Op 11 april 1945 werd duidelijk dat de Duitse weerstand in het noorden van Nederland beperkt was. De geallieerden grepen op 12 april deze kans om zo snel mogelijk op te rukken naar Friesland.
De bevrijding van Leeuwarden
Op 11 april 1945 werd duidelijk dat de Duitse weerstand in het noorden van Nederland beperkt was. De geallieerden grepen op 12 april deze kans om zo snel mogelijk op te rukken naar Friesland. Een van de belangrijkste doelen was het bevrijden van Leeuwarden. Hiervoor was de 9th Canadian Infantry Brigade aangewezen. Maar het zou uiteindelijk anders lopen.
Op 12 april reden de Royal Canadian Dragoons bij Noordwolde Friesland binnen. Zij dienden met hun gepantserde voertuigen verkenningen uit te voeren en zo snel mogelijk de Waddenzee te bereiken. Daarmee werden de Duitse troepen in Friesland en Groningen van elkaar gescheiden.
In de nacht van 14 op 15 april stonden drie Squadrons van de Dragoons bij Suameer. Burgum kon eerder die dag niet meer bereikt worden omdat de brug bij de Burgummerdaam door de Duitsers was opgeblazen.
Intussen was er van alles gaande in het nabijgelegen Leeuwarden. Op 12 april was het vliegveld door de Duitsers opgeblazen. En vanaf 14 april verlieten zij de stad. Leeuwarden zou niet worden verdedigd. Het Burgerweeshuis dat onderdak had geboden aan verschillende Duitse instanties werd in brand gestoken. Een poging om de telefooncentrale op te blazen mislukte door een geniale ingreep van het verzet. Dat verzet ging bovendien in de vroege ochtend van 15 april massaal de straat op om belangrijke punten te bezetten en achtergebleven Duitsers gevangen te nemen.
De Dragoons in Suameer hadden contact met het verzet in Leeuwarden. Door verschillende berichtgeving was het onduidelijk of er nu hard gevochten werd in Leeuwarden of dat de Duitsers de stad volledig hadden verlaten. Doordat de Duitsers belangrijke bruggen op de route van Heerenveen naar Leeuwarden hadden opgeblazen kon de infanterie niet snel bijstand verlenen.
Daarom gingen de Dragoons zelf een kijkje nemen. In eerste instantie werd een patrouille van vier voertuigen over de Groningerstraatweg rond half twaalf de stad in gestuurd. Eén van de Canadezen in die voertuigen tekende het volgende op:
‘As we entered the city, passing through the concrete barrier by the narrow passageway left for normal traffic, we were met by an almost hysterical patrol of Resistance men […] In a few moments the news of our arrival had spread through the city, and we were given a fantastic welcome as we rolled slowly forward into the centre of town.
Een Leeuwarder herinnerde zich:
‘Wij woonden dicht bij de Groningerstraatweg, waar onze bevrijders langs kwamen. Met vele honderden stonden wij daar, allemaal blijde toeschouwers. Ineens schoten twee dames uit de rij naar voren en vlogen de Canadezen om de hals met de volgende woorden: “Och skatten, binne jimme daar eindelijk!
Nadat de patrouille had vastgesteld dat de kust veilig was, volgde het hele C Squadron, een detachement van de Royal Canadian Engineers en Regimental Headquarters van Lieutenant-Colonel Landell. Leeuwarden was bevrijd. Hierna gingen duizenden de straat op. Eén van de Canadezen schreef:
‘We halted, and were immediately surrounded by laughing, yelling mobs of people, bringing flowers to give to us, and cheering every move. The Resistance men were everywhere, doing their best to keep the people within bounds and off the cars, but their efforts were hardly necessary. I never saw a more satisfying gathering in my life.’
Leeuwarden was door onverwachte omstandigheden bevrijd door de Dragoons. In de nacht van 15 op 16 april trok alsnog Canadese infanterie de stad in.
Zeventig evacués uit Arnhem en Limburg
Het grafmonument in Gytsjerk is opgericht ter nagedachtenis aan Maria v/d Heuij. Maria was een van de zeventig evacués uit Arnhem en Limburg die op 22 januari 1945 in Gytsjerk arriveerden. Maria overleed een dag later, slechts enkele maanden oud.
Zeventig evacués uit Arnhem en Limburg
Het grafmonument in Gytsjerk is opgericht ter nagedachtenis aan Maria v/d Heuij. Maria was een van de zeventig evacués uit Arnhem en Limburg die op 22 januari 1945 in Gytsjerk arriveerden. Maria overleed een dag later, slechts enkele maanden oud. De barre omstandigheden tijdens de tocht waren haar noodlottig geworden. Maria mocht de bevrijding niet meer meemaken. Veel van de andere evacués met wie zij de reis aanvaardde gelukkig wel.
Symboliek
De geestelijk vader van het monument, kunstenaar Klaas Bokma, heeft voor twee karren gekozen, omdat dit het vervoermiddel was dat vaak werd gebruikt door evacués. De vier dorre bomen symboliseren de dood. Het kruis is niet alleen een symbool van het christelijke geloof, maar herinnert tevens aan het offer dat de oorlogsslachtoffers brachten voor een leven in vrijheid.
De oudste leerlingen van de basisscholen Ichtus en Thrimwalda dragen zorg voor dit monument.
Meester Jakob Klok in verzet
Jakob (Jaap) Klok belandt in de oorlog in het verzet in Dantumadeel, waar hij een belangrijke rol speelt. Hij woont dan met zijn vrouw en vier kinderen in Akkerwoude, waar hij hoofd van de school is aan de Hearewei 13.
Meester Jakob Klok in verzet
Jakob (Jaap) Klok belandt in de oorlog in het verzet in Dantumadeel, waar hij een belangrijke rol speelt. Hij woont dan met zijn vrouw en vier kinderen in Akkerwoude, waar hij hoofd van de school is aan de Hearewei 13. Hij zal er tot 1947 blijven en er in de herinnering voortleven als ‘meester Klok'.
Jaap Klok is maatschappelijk betrokken en actief in de politiek als lid van de Sociaal Democratische Arbeiderspartij (SDAP). Als partijbijeenkomsten door de Duitse bezetter verboden worden, raakt Jaap bijna ongemerkt steeds meer betrokken bij verzetsactiviteiten. Hij geeft partij-informatie door, verspreidt illegale krantjes en zoekt adressen voor onderduikers. Jaap Klok sluit zich aan bij de LO, de 'Landelijke Organisatie voor hulp aan onderduikers' en wordt de dorpscommandant van Akkerwoude.
Hoewel de mensen niet precies weten wat hij allemaal doet, raakt wel bekend dat hij in het verzet zit. Ondanks het feit dat zijn naam wordt genoemd door NSB’ers besluit hij niet onder te duiken, maar probeert nog voorzichtiger te zijn en vaker niet dan wel thuis te slapen.
Als de oorlog op zijn einde loopt, wordt het voor Jaap heel druk. De Nederlandse overheid in ballingschap roept het spoorwegpersoneel op om in staking te gaan. Het verzet regelt de onderduik. Op 15 december 1944 wordt er in zijn school een groep van zo'n zestig vluchtelingen uit Arnhem opgevangen. Jaap is zijdelings betrokken bij de evacuatiecommissie, die adressen zoekt voor de onfortuinlijke Arnhemmers.
Kort daarna wordt hij bij het schoolhuis gewaarschuwd dat er bij een razzia in Murmerwoude heel nadrukkelijk naar schoolmeester Klok wordt gevraagd. Jaap aarzelt niet en vlucht snel het huis uit. Dat is niks te vroeg, want tien minuten na zijn vertrek staan de Duitsers al op de stoep. Vanaf dat moment weet Jaap dat hij heel voorzichtig moet zijn. Hij slaapt nu vrijwel nooit meer thuis.
Vanaf januari 1945 wordt de situatie ronduit explosief Na ontdekking van wapens op een boerderij in Aalsum worden de Duitsers fanatiek. Ze jagen meedogenloos op verzetslieden en wie ze te pakken krijgen proberen ze op allerlei manieren te laten praten. Ook de naam Jaap Klok wordt genoemd bij de verhoren. Reden om nu echt te vertrekken, met zijn hele gezin. De kinderen verblijven bij familieleden. Met zijn vrouw duikt hij elders onder.
Jaap heeft het in de laatste oorlogsweken heel druk. Er moet binnen het verzet veel georganiseerd en overlegd worden om de Duitsers te verjagen en de komst van de Canadezen voor te bereiden. Vlak voor Dantumadeel wordt bevrijd, zijn de inwoners al in alle staten van blijdschap. Ze steken de vlag uit en gaan massaal de straat op om feest te vieren. Door zijn verzetswerk weet Jaap precies hoe het met de bevrijding staat. Hij klimt op het balkon van het gemeentehuis en spreekt de mensen toe. Het gevaar is namelijk nog niet geweken. Ook als dat kort daarna wel zo is, zorgt hij ervoor de rust onder de bevolking van Dantumadeel te bewaren en zo de molestatie van een aantal NSB’ers te voorkomen.
Na de oorlog bekleedt hij in Friesland vele bestuurlijke functies. Jaap Klok overlijdt in 1984 op 91-jarige leeftijd. Als eerbetoon wordt van hem vijftien jaar later in Akkerwoude, dat dan Damwoude heet, een standbeeld opgericht.
Uit het boek ‘De oorlog een gezicht gegeven’ (deel 6) – Dantumadeel in de periode '40 - '45 van Yvonne te Nijenhuis en Reinder H. Postma
Fusillade aan de Woudweg
Op 22 januari 1945 schieten leden van de 'Sipo und SD' twintig mannen dood aan de Woudweg in Dokkum. Het is de grootste fusillade tijdens de Tweede Wereldoorlog in Friesland.
Fusillade aan de Woudweg
De fusillade in Dokkum is de grootste fusillade geweest tijdens de Tweede Wereldoorlog in Friesland. Een bloedig dieptepunt in de steeds hardere strijd tussen de Duitse bezetter en het verzet.
Het gaat om een wraakactie: drie dagen eerder overvalt het verzet bij het dorp De Valom een auto van de Sicherheitsdienst (SD) met daarin een belangrijke gevangene, in de hoop deze te bevrijden. Bij het vuurgevecht dat ontstaat komen een Duitse SD-er en zijn Belgische chauffeur om het leven.
Artur Albrecht, SD-chef in Friesland, is furieus en wil volgens een getuige Dokkum 'van de kaart van Nederland laten verdwijnen'. Zijn meerderen van de SD-Dienststelle in Groningen geven hem hier echter geen toestemming voor. In plaats daarvan worden twintig gevangenen uit gevangenissen in Friesland en Groningen gehaald en meegenomen naar een weiland aan de Woudweg in Dokkum.
De burgemeester van de stad is zelfs van huis gehaald om toe te kijken. De mannen moeten op een rij gaan liggen in de sneeuw. In groepjes van vijf worden ze naar voren geroepen. Dan klinken er schoten. De lichamen van de slachtoffers moeten een etmaal blijven liggen in de sneeuw, als afschrikwekkend voorbeeld voor de bevolking. De slachtoffers zijn Friezen en Groningers. Sommigen zijn actief in het verzet, anderen zijn Todeskandidaten.
Aan de Woudweg in Dokkum herinnert een monument aan het drama. Jaarlijks is er bij dit monument een kranslegging waarbij leerlingen van scholen in Dokkum worden betrokken.
Verschillende leden van het vuurpeloton worden na de oorlog berecht voor hun betrokkenheid bij de fusillade en krijgen de doodstraf. Zo ook Artur Albrecht. Hij wordt op 21 maart 1952 gefusilleerd op de Waalsdorpervlakte. Het is het laatste doodvonnis dat in Nederland wordt voltrokken.
Dokkum op de Dam
Enkele jaren later, op 4 mei 1956, onthult koningin Juliana het Nationaal Monument op de Dam in Amsterdam. Het monument speelt een centrale rol bij de jaarlijkse Nationale Dodenherdenking op 4 mei die ook altijd wordt bijgewoond door het staatshoofd.
In het monument zijn elf urnen opgenomen met daarin ‘in bloed gedrenkte aarde’. Aarde afkomstig van van strijd- en fusilladeplaatsen uit de elf provincies. Later is ook een 12e urn met aarde uit Nederlands-Indië (het huidige Indonesië) toegevoegd.
Voor het vullen van de Friese urn is aarde gehaald uit de omgeving van Kornwerderzand, strijdtoneel in de meidagen van 1940. Ook is aarde gehaald van fusilladeplaatsen, waaronder de Woudweg in Dokkum en Dronrijp waar op 11 april 1945, een paar dagen voor de bevrijding nog dertien mensen zijn gefusilleerd.
Dokkum (Dokkum)
Dokkum is de meest noordelijk gelegen Elfstedenstad, ze ontstond nadat deze plek een bedevaartsoord werd na de moord op Bonifatius in 754.
Endpunkt:
Wegpunkte wandern 63
Dokkum
Navigiere zum Endpunkt
Wegpunkte wandern 63
Dokkum
Navigiere zum Endpunkt
Beschreibung
Startpunkt:
Wegpunkte wandern 10
Leeuwarden
Navigiere zum Startpunkt
Die Geschichte der Befreiung Westeuropas ist ein Buch mit vielen Kapiteln, von denen einige vor Kriegsbeginn 1939 beginnen und andere oft erst Jahre nach dem Ende des Konflikts 1945 enden. Auf der Route erfahren Sie mehr über die Handlungsstränge, militärischen Schlüsselereignisse, persönlichen Geschichten und Biografien aus dem Zweiten Weltkrieg in Europa. Weitere Routen, Fragmente und Geschichten finden Sie unter www.liberationroute.com.
Endpunkt:
Wegpunkte wandern 63
Dokkum
Navigiere zum Endpunkt
- 10
- 09
- 07
- 08
- 08
- 32
- 37
- 30
- 35
- 41
- 36
- 46
- 23
- 59
- 27
- 87
- 52
- 76
- 35
- 28
- 41
- 26
- 54
- 78
- 42
- 22
- 57
- 44
- 32
- 51
- 58
- 62
- 56
- 66
- 63
- 75
- 84
- 62
- 31
- 38
- 63
- 63