Hervormde Kerk Oudwoude
Oudwoude
Deze kerk is gebouwd met materiaal van haar voorgangster. Kenmerkend gotisch zijn de eenmaal versneden steunberen met daartussen grote spitsboogvensters in de zuidgevel. De noordmuur heeft daarentegen geen ramen. De ingang staat in een rijk geprofil...
Hier schon mal ein Vorgeschmack
Deze kerk is gebouwd met materiaal van haar voorgangster. Kenmerkend gotisch zijn de eenmaal versneden steunberen met daartussen grote spitsboogvensters in de zuidgevel. De noordmuur heeft daarentegen geen ramen. De ingang staat in een rijk geprofileerde en gepleisterde nis. Mogelijk een herinnering aan de periode 1880-1865, toen de hele kerk was gepleisterd. De toren is eind zeventiende eeuw afgebroken. Pas in 1880 is een houten dakruiter geplaatst.
Bij binnenkomst vallen direct de grote rouwkassen en -borden op. Ze dateren uit de periode 1675-1783 en gedenken bewoners van Fogelsanghstate in het nabije (kerkloze) Veenklooster. In de koorsluiting staat een grote, overhuifde herenbank met Toscaanse zuilen. Het orgel is een Van Dam.
Extra informatie:
Het kerkhof van de kerk van Oudwoude is door een boomzoom van de doorgaande weg afgeschermd. De laatgotische kerk is in de 15de eeuw gebouwd van afbraakmateriaal van de voorgangster. Het zes traveeën diepe kerklichaam heeft met eenmaal versneden steunberen en grote spitsboogvensters het kenmerkende metrum van de gotiek. Aan de noordzijde staat in de westelijke travee een dichtgemetselde ingang onder een segmentboog in een spitsbogige nis. In de overigens blinde noordmuur staat in de vierde travee een ingekort spitsboogvenster. De driezijdige sluiting heeft grote spitsboogvensters, waarvan de middelste ook is ingekort. De zuidelijke muur laat de gotiek in volle omvang zien. De westelijke travee bevat de nog steeds gebruikte ingang. Deze is segmentvormig gesloten en staat in een rijk geprofileerde spitsbogige nis en in een door profielsteen rechthoekig omkaderde, gepleisterde nis. Wellicht is dit een niet te repareren herinnering aan de periode (1880-1965) dat de hele kerk was gepleisterd. De toren is in de periode 1689-’94 afgebroken en het afbraakmateriaal is voor 37 gulden en 10 stuivers verkocht. Toen is de volledig gesloten en vlakke westelijke gevel totstandgekomen. Omstreeks 1880 is achter de westelijke gevel een vrij gedrukte houten dakruiter met ingesnoerd spitsje op het dak geplaatst.
Het interieur wordt gedekt door een vlak balkenplafond. Onder de vensters laat het muurwerk op onregelmatige plaatsen diepe spaarnissen zien. Tegen de noordwand geplaatste grote gebeeldhouwde rouwkassen beheersen de ruimte. Ze dateren uit de periode 1675 tot 1783 en gedenken, net als de twee ruitvormige rouwborden, leden van de families die op Fogelsanghstate in het nabijgelegen (kerkloze) Veenklooster resideerden. Op het kerkhof zijn dan ook grafkelders voor de families van Heemstra en Van Limburg Stirum. In de koorsluiting staat een eenvoudige (helaas grijs geschilderde) grote, overhuifde herenbank met Toscaanse zuilen. De eenvoudige preekstoel met klankbord en kussenpanelen op de kuip dateert uit de 18de eeuw. Het orgel is in 1856 gebouwd door L. van Dam en Zn. uit Leeuwarden.
Laatgotisch
15de eeuw, geveltoren ca. 1880
Protestants
Rouwkassen en -borden, preekstoel, herenbank, orgel