Opsterlandse Compagnonsvaart
Donkerbroek
Voor het vervoer van turf begon men in 1630 bij Gorredijk een kanaal te graven: de Opsterlandse Compagnonsvaart. Tussen Gorredijk en Appelscha liggen negen sluizen in de vaart. Dit komt doordat Appelscha ongeveer 12 meter hoger ligt dan Gorredijk!
Sjoch alfêst efkes
Voor het vervoer van turf begon men in 1630 bij Gorredijk een kanaal te graven: de Opsterlandse Compagnonsvaart.
In 1790 werd Donkerbroek bereikt en kwam dit oude dorpje aan het water te liggen; acht jaar lang wordt het dorp in tweeën gedeeld, in 1798 komt er pas een brug. Rond 1830 - na 200 jaar graven - was eindelijk het eindpunt van de Opsterlandse Compagnonsvaart bereikt.
Vanuit Gorredijk loopt het kanaal langs een aantal buurtschappen en dorpen: Haneburen, Vosseburen, Hemrikerverlaat, Wijnjeterpverlaat, Klein Groningen, Moskou, Donkerbroek, Oosterwolde, Appelscha en eindigt in Smilde.
Tussen Gorredijk en Appelscha liggen negen sluizen in de vaart en nog veel meer draaibruggetjes. Dit komt doordat Appelscha ongeveer 12 meter hoger ligt dan Gorredijk. Alle sluizen worden met de hand bediend.
In Gorredijk, Oosterwolde en Appelscha worden de kleine bruggetjes ook met de hand bediend. De meeste grote bruggen zijn elektrisch, hoewel een enkele met de hand gedraaid wordt. In de Opsterlandse Compagnonsvaart zijn geen voorzieningen om het water op te kunnen pompen. Al het water dat door de vaart stroomt is afkomstig uit het gebied zelf. Bij zeer lage waterstanden kan er extra water ingelaten worden vanaf de Drentse Hoofdvaart.
Tussen Donkerbroek en Oosterwolde gaat de Tjonger onder de Opsterlandse Compagnonsvaart door door middel van een duiker. Dit om te voorkomen dat er water van de Opsterlandse Compagnonsvaart in de Tjonger terecht komt.