Waar anders dan hier spreek je af met dorpsgenoten? Op de 'pyp' natuurlijk: de brug over de zijl, de sluis. De sluis is het natuurlijke middelpunt van Oudebildtzijl. Het dorp dankt zijn ontstaan én naam aan de sluis. In het Bildtse dialect dat hier gesproken wordt: Ouwe Syl.
De sluis – van hout - wordt in 1507 in de pas aangelegde vijftien kilometer lange dijk getimmerd en is onderdeel van een grootschalige inpoldering. 'Skep foor skep' veroveren arbeiders hier land op zee, de vroegere monding van de Middelzee om precies te zijn. De sluis, op de plek waar de Oude Rij in zee stroomt, zorgt voor afwatering van de vruchtbare polder. Schepen kunnen via de schutsluis naar de Waddenzee en terug landinwaarts. Aanleggen kan bij de kolk, een klein haventje achter het café.
Een eeuw later, rond 1600 is alweer land aangeslibd en komt er een nieuwe afwateringssluis twee kilometer noordwaarts: de Nije Syl (de nieuwe zijl, sluis), waar ook een gehucht ontstaat. Het dorp met de oude sluis verandert dan van Bildtsyl naar Ouwe-Syl.
Toch is de sluis van het oude Bildt nog steeds onderdeel van de waterkering. De dijk functioneert namelijk nog als slaperdijk, een reservedijk dus. De eikenhouten deuren die je in de sluis ziet hangen kúnnen het water tegenhouden. Ze zijn in 2006 geplaatst omdat de oorspronkelijke deuren waren verdwenen. Tot die tijd lagen er tientallen balken achter het café, die in geval van nood in de sluis geschoven konden worden.
De Sylsters zullen tegenwoordig niet wakker liggen van hoog water. Een paar eeuwen geleden was dat wel anders. Als er tijdens Kerst 1717 een stormvloed over de kust raast bijvoorbeeld. Het zoute zeewater dreigt de polders in te stromen en de sluis begeeft het bijna. De heldhaftige timmerman Krelis Anne laat de Sylsters als de wiedeweerga een huis afbreken en het puin in de sluis storten. Het dorp is gered, net als het achterland. Iemand die goed bevelen uit kan delen staat hier op 'e Syl nog altijd bekend als iemand die 'ken kommendere als Baas Krelis.'
Ingesproken door: Als architect leeft Alex van de Beld tussen twee werelden; de wereld van het landschap en de natuur, met daarnaast de wereld van de kunst en de cultuur. Alex werkt al zijn hele leven om die werelden te verbinden. Dat is volgens hem nu meer dan ooit nodig, willen we een nieuwe toekomst ontwerpen.
Alex leerde Joop Mulder in de aanloop naar 2018 kennen. “Joop was iemand die verschillende culturen bij elkaar bracht, zoals een sluis water met elkaar verbindt. Dat is meer en meer nodig om een inspirerende leefomgeving te maken waarin iedereen zijn plek vindt. Daarom zullen we Joop Mulder missen. Maar we gaan met zijn mentaliteit, creativiteit en zijn sense of place aan de slag voor het landschap van de toekomst.”
Dit verhaal is onderdeel van de route Gemalen Verhalen van Sense of Place
By 16 April, the major part of Friesland had been liberated. But some important targets of the Canadians had not yet been achieved. They wanted to win the Frisian ports and the Head of the Afsluitdijk from the Germans as quickly as possible. But they would be hard fought. Both the ports and the Afsluitdijk were used by German soldiers to escape to North Holland.
As elsewhere in Friesland, the Canadians were helped by resistance fighters from the Dutch Domestic Armed Forces (N.B.S.) They suffered several casualties near Makkum. On 16 April, Schelte Bruinsma and Simon Sipma were killed in an attack on a farm in which the Germans had entrenched themselves. The next day, another group tried to occupy a bridge under Makkum. However, the Germans caught sight of them and in the ensuing gunfight, Rinnert Anema, Roelof van der Meer and Hendrik Postma were killed. Makkum was liberated on 18 April, as one of the last villages in Friesland.
The monument at the Buren in Makkum was unveiled in 1952 in commemoration of the members of the Dutch Domestic Armed Forces who were killed around the village during the struggle for liberation.