Strandhuis der Bildtpollen. Het staat er echt, op de woning hier aan de voet van de Nieuwebildtdijk. Een schelp siert het wapen op de gevel. Maar waar is het strand dan? Helaas. Zwemmen of recreëren kun je hier niet, maar strand betekent dan ook eigenlijk gewoon de overgang tussen land en zee.
Dit strandhuis werd in 1899 gebouwd voor het waterschap De Bildtpollen. Die Bildtpollen liggen hier achter je. Sinds 1715 is het een smalle polder van in totaal 55 hectare groot, die reikt tot aan het Noarderleech in het oosten.
Het waterschap van de Bildtpollen vergaderde eerder in de voorganger van dit huis, dat contributiehuis werd genoemd. En er waren nog twee andere strandhuizen op het Bildt, met hun eigen waterschap en strandmeester. Het statige Hooghuis aan de dijk tussen de Boonweg en Zwarte Haan moest in de jaren zeventig van de vorige eeuw verdwijnen voor de dijkverhoging, het strandhuis bij Westhoek is onherkenbaar.
De strandmeester van de Bildtpollen, die hier met zijn gezin woonde, voerde het dagelijkse werk voor het waterschap uit. Dat betekende vooral toezicht houden op de dijk, maar ook vaarten en weggetjes onderhouden die belangrijk waren voor de waterhuishouding, personeel aansturen en vee verzorgen dat in de polder graasde. De schuur stond vol met spullen voor dijkonderhoud en dijkbewaking.
De volmachten, bestuursleden wier gezichten op schilderijen en foto's zijn vereeuwigd, vergaderden altijd in de bovenkamer. Hier hadden ze goed zicht op zee en de (toen nog lagere) dijk een kilometer verderop. Soms sloten ook de 'ingelanden' bij de vergaderingen aan, eigenaren van de grond die tegen de zee beschermd moest worden. De vrouw des huizes kwam regelmatig met een dienblad de steile trap op om de heren met koffie, sigaren en sterke drank te bedienen.
Heerco Spoelstra was de laatste strandmeester. Toen het huis na fusies van waterschappen in 1980 vrijkwam, kochten de huidige bewoners het op een veiling. De eerste nacht dat het stormde, was het overduidelijk hoe zeer de wind hier de baas is. Toch hebben ze geen minuut spijt gehad.
Ingesproken door: Arjen Boerstra creëert installaties, video’s, foto’s en voorstellingen op specifieke plekken. Daarbij staat de vraag ‘Wie of wat ben ik?’ centraal. Zijn werk toont in scene gezette situaties en vertelt verhalen over herinneringen, identiteit en menselijke ontwikkeling.
Oerol 2007 was het begin van een lange samenwerking tussen Arjen en Joop Mulder. Van het project De Aardappeleter tot Camera Batavia. “Als ik met Joop op stap was, maar ook als ik aan Joop denk, dan ging en ga ik opeens beter kijken. Uit opportunisme want ik wil projecten doen in dat landschap, maar ook uit een gedeelde liefde om verhalen te vertellen en ogen te openen. Dat delen en bewust maken was bij hem altijd voelbaar, het was waarvoor hij streed en waarmee hij tomeloos doorging.”
Dit verhaal is onderdeel van de route Gemalen Verhalen van Sense of Place