Ga naar inhoud

Leven tussen vluchtheuvels en waterkraters

| Signe-Sanne Oortgijsen

Verborgen in het landschap liggen cirkelvormige watertjes. Net iets té rond en klein om een natuurlijk meertje te zijn. Maar wat zijn ze dan wel? Hieronder lees je over pingoruïnes en de door mensenhanden gemaakte dobbe`s. 

Voor dorstige dieren

Een dobbe is een poel die van nature is ontstaan of door mensenhanden gegraven. Zo’n poel is namelijk erg handig als reservoir voor blus-of drinkwater.  In Friesland komen ze vooral voor in de kwelders. Met een kade eromheen waren dit ook vluchtplaatsen voor het vee tijdens hoogwater. Een vluchtheuvel. En het idee van een vluchtheuvel kennen we natuurlijk al van onze terpen en wierden. Die werden soms ook voorzien van een dobbe. Deze waren niet altijd geschikt als drinkwater voor de mens; omdat ze zo hoog lagen kon ontlasting het water verontreinigen.  

De meest bekende dobbe haalde in 2006 wereldwijd het nieuws. Tijdens een hevige herfststorm liep het weideland van het Noorderleech onder water. Een kudde paarden zocht hoger gelegen gebied en verzamelde zich op de rand van de Ozingadobbe. En daar stonden ze dan. Omringd door het zeewater, hutjemutje bij elkaar. Dagenlang werden er pogingen gedaan om de paarden te redden, maar ze kwamen niet van hun voetstuk. Een groep amazones probeerde met hun eigen paarden de kudde te bereiken om zo te laten zien dat er een veilige route was naar het droge. De wereld zat aan het scherm gekluisterd en kreeg collectief kippenvel bij het zien hoe de amazones met de kudde in hun kielzog naar de dijk draafden.

Bekijk hier meer routes